Allereerst wordt de bescherming van klokkenluiders, het zogenaamde benadelingsverbod, sterk uitgebreid. Op dit moment vallen uitsluitend werknemers en ambtenaren onder het benadelingsverbod en mogen zij derhalve geen nadeel ondervinden van hun melding (denk aan schorsing, demotie of andere sancties). Vanaf (uiterlijk) 17 december 2021 vallen ook zelfstandigen (zzp-ers), vrijwilligers, stagiairs, sollicitanten, aannemers, bestuurders, aandeelhouders, leveranciers en degenen die een klokkenluider (een zogenaamde melder) bijstaan onder het benadelingsverbod.
Daarnaast wordt de positie van een melder verstevigd. De identiteit van de melder wordt beter beschermd, ongeacht de procedure, de bewijslast verschuift van de melder naar de werkgever en er komt een vrijwaring voor de melder in gerechtelijke procedures, bijvoorbeeld van hun geheimhoudingsplicht of de bescherming van persoonsgegevens. Een vergaande en belangrijke wijziging is bovendien dat klokkenluiders niet meer eerst intern een melding dienen te doen, maar ervoor kunnen kiezen direct een externe melding te doen (bijvoorbeeld bij de Autoriteit Financiële Markten, de Autoriteit Consument & Markt of het Huis voor klokkenluiders) of zelfs in de openbaarheid te treden.
Tot slot, en voor werkgevers belangrijk, komen er strengere eisen voor de interne meldprocedure. Die procedure moet aan meer voorwaarden voldoen, zoals de mogelijkheid om zowel schriftelijk als mondeling te kunnen melden, strakkere termijnen voor de behandeling van meldingen en een registratieplicht. Kortom: er is werk aan de winkel voor werkgevers.
In onze volgende blog zullen wij stilstaan bij de vraag wanneer iemand kwalificeert als klokkenluider. Hebt u in de tussentijd vragen over dit onderwerp? Neem dan vooral contact op met Frank ter Huurne of Jordi Rosendahl. Zij staan u graag te woord.