“Ik weet dat het misschien niet is wat mensen willen horen,” begint Ellen met een glimlach, “maar mijn werk is in de basis niet veranderd sinds ik partner ben geworden een half jaar geleden. Mijn team is mijn team gebleven, mijn dossiers zijn grotendeels hetzelfde. Tegelijkertijd: zo’n benoeming, en ook de weg er naartoe, doet wel iets met je. Je krijgt meer verantwoordelijkheidsgevoel, naar binnen toe, maar ook naar buiten toe. Je wordt gedwongen om na te denken over hoe je die rol wil invullen en wat je daarin belangrijk vindt. Klanten zien het ook. Niet dat ze je ineens anders behandelen, maar er is wel een soort erkenning: ‘zij heeft die stap gezet’.”
Die stap heeft ook effect op hoe nieuwe klanten haar benaderen. “Het is echt alsof zo’n benoeming een signaal afgeeft. Ik kreeg laatst een nieuwe transactie binnen. Niet per se vanwege mijn benoeming, maar je merkte aan alles: die klant dacht, ‘ze is partner, ik kan haar rechtstreeks bellen en de opdracht aan haar uit handen geven’. Andere partners noemden dat het vliegwiel. Je benoeming werkt als een boost. En dat blijkt te kloppen.”
Van intentie naar partnerschap
De weg naar het partnerschap is geen vanzelfsprekend traject. “Het begint met een intentie, een basis aan praktijk en de wil en bereidheid om daaraan te bouwen en een stap extra te zetten. In mijn geval was het een gezamenlijke conclusie. Bob, de partner met wie ik werk, en ik hebben daar veel over gesproken, ook omdat ik lang getwijfeld heb over de vraag hoe ik dat zou moeten combineren met (destijds nog) mijn wens voor een gezin. Maar op een gegeven moment, na de geboorte van mijn tweede, heb ik ook zelf gezegd: ‘ik ben er klaar voor’. En dan gaat het snel. Je maakt je doelen, ambities en plannen voor de komende jaren concreet in de vorm van een businessplan, je gaat het gesprek aan met alle equity partners, klanten evalueren je werk. Het is intensief, maar het dwingt je ook na te denken: hoe wil ik dit doen? Waar sta ik voor? Wat voeg ik toe aan dit kantoor?”
Voor Ellen was het moment ook privé goed getimed. “Ik heb een jong gezin en mijn man heeft ook een drukke baan. Maar vorig jaar was het qua praktijk en qua thuis de juiste tijd.”
Ruimte voelen om te groeien, ook als moeder
Op de vraag of de cultuur binnen Lexence heeft bijgedragen aan haar stap, is Ellen helder: “Absoluut. Ik voelde me erg gesteund. Door directe collega’s, door de partnergroep, zelfs door klanten. Mensen weten dat ik twee kleine kinderen heb (de derde is inmiddels ook op komst), en zij kennen mijn situatie. En ik toch heb nooit het gevoel gehad dat het moederschap als een belemmering werd gezien. Eerder als iets positiefs.”
Ze herinnert zich gesprekken met collega’s die nu zelf puberkinderen hebben. “Die zeiden: ‘deze fase met kleine kinderen is zwaar, maar het wordt écht beter’. Dat geeft vertrouwen en was voor mij het bewijs dat het voor anderen soms ook pittig is geweest, maar dat het absoluut niet onmogelijk is. Ik denk dat het belangrijk is dat we dat uitspreken, dat het kan. Want het beeld over de advocatuur is nog vaak: als je moeder bent, kun je geen partner worden. En dat is bij Lexence echt anders.”
Balans en communicatie
Hoe bewaak je dan de balans tussen werk en privé? Ellen lacht: “Mensen vragen dat vaak. Dan kijken mijn man en ik elkaar aan en zeggen: we doen eigenlijk maar wat. Maar als je goed kijkt: we communiceren, we plannen. Korte lijnen, dagelijks afstemmen. Dat doen we thuis en dat doe ik ook met collega’s en klanten. Ik ben open. Als ik echt niet kan, dan zeg ik dat eerlijk. En dan is er gelukkig altijd begrip, omdat men weet dat je er voor het overige altijd staat en bereikbaar bent, ook buiten kantoortijden.”
Een rolmodel zijn door het gewoon te doen
Dat Ellen deze stap heeft gezet, wil ze ook inzetten voor anderen. “Ik hoop dat ik een voorbeeld kan zijn. Gewoon door te doen wat ik doe. Er zijn te weinig vrouwelijke partners in de advocatuur, weinig rolmodellen, ook op de Zuidas. En ik hoop dat collega’s, en zeker jonge vrouwen, zich wat meer gesteund voelen om ook die stap te zetten. Binnen Lexence loopt zoveel jong (vrouwelijk) talent rond; het is onze taak om dit talent te faciliteren en te behouden.”
Binnen haar eigen team voelt ze een sterke rol als mentor. “Ik wil dat mijn teamgenoten bij me terecht kunnen en hoop dat uit te stralen. Niet alleen voor inhoudelijke afstemming over dossiers, ook voor hoe het met diegene gaat en waar diegene behoefte aan heeft. De sfeer in een team is zó belangrijk. Als teamgenoten zich goed, vrij en gehoord voelen, dan werk je beter samen. Daar probeer ik op te letten.”
Een werkomgeving waar mensen graag willen zijn
Als partner ziet Ellen het als haar verantwoordelijkheid om bij te dragen aan die veilige werkomgeving. “Zonder jong talent kunnen we niet groeien. We moeten dus zorgen voor een plek waar mensen graag willen zijn en willen blijven. Natuurlijk hoort daar ook de commerciële kant bij. Maar het begint bij mensen. Bij een team dat gemotiveerd is en waar ruimte is om te groeien.”
Die motivatie ziet ze dagelijks. “Ons team is jong, enthousiast, hongerig. Ze willen leren, mooie dossiers aanpakken en ergens helemaal voor gaan. Een jonge teamgenoot vroeg laatst of ze mee mocht als toehoorder naar een zitting in een dossier waar ze op onderdelen aan had meegewerkt. Dan denk ik: dat is het. De nieuwsgierigheid, de betrokkenheid. Dát is wat we nodig hebben.”
Samen leren, samen werken, samen groeien
Ellen begon zelf tien jaar geleden bij Lexence. Partner worden was toen nog geen doel. “Sterker nog, ik dacht: dat is niks voor mij. Maar je groeit erin. En ik ben blij dat ik het heb gedaan. Voor nu ligt mijn focus op het verder uitbouwen van mijn praktijk en ons team, en het succesvol behandelen van de dossiers van cliënten. Dit jaar gecombineerd met de geboorte van onze derde. Opnieuw een uitdaging, maar het gaat tot nu toe hartstikke goed!
Mijn vakgebied – vastgoedtransacties en projectontwikkeling – is dynamisch en afwisselend, de dossiers die we behandelen zijn daarom heel interessant en uitdagend. Ik hoop dat bestaande en nieuwe klanten mij (blijven) vinden vanwege mijn manier van werken, waarbij ik uiteraard streef naar de beste oplossing of uitkomst voor de klant, in combinatie met een prettige en laagdrempelige relatie met de klant. Er is binnen Lexence veel ruimte om te groeien; het is mijn doel en ambitie om daaraan de komende jaren bij te blijven dragen en vooral lekker te werken!”